De schoenen zijn het belangrijkste aspect bij het wandelen. Ze dienen er niet enkel voor je voeten te beschermen tegen allerhande kwetsuren die je zou kunnen oplopen, maar ook om comfortabel te wandelen in alle omstandigheden en voorzien je van extra grip en vering bij het stappen. Zonder het juiste schoeisel kan een wandelpad een echte lijdensweg worden en dat moet je kost wat kost vermijden.
In dit artikel ga ik dieper in op wandelschoenen. We bekijken uit welke materialen een wandelschoen kan bestaan, welke soorten er zijn, hoe je een schoen moet passen en hoe je je keuze maakt in het schier eindeloze assortiment wandelschoenen. Aan schoenenonderhoud zal ik binnenkort een apart artikel wijden.
Inhoud van dit artikel:
Verschillende voettypes
Geen enkele voet is dezelfde. Jouw eigen voeten zijn daar de beste illustratie van. Er zijn normale voeten, platvoeten en holvoeten, mensen met een natuurlijk hoge wreef of brede voet en nog 101 andere. Ook hebben we geen symmetrische voeten. Iedereen heeft dan ook nog eens een andere loopstijl: sommigen lopen meer op de buitenkant van hun voet (onderpronatie), anderen meer op de binnenkant van de voet (overpronatie). Op de foto hiernaast zie je hoe een zool er kan uitzien na 900 kilometer wandelen met onderpronatie. Dit kan trouwens (deels) gecorrigeerd worden met aangepaste inlegzolen.
Je merkt dus dat schoenkeuze iets heel persoonlijks is. Daarom mag je je bij de aankoop van een wandelschoen niet enkel baseren op beoordelingen van anderen via facebook, magazines, blogs en diverse websites. Het enige dat in die beoordeling misschien interessant kan zijn is hoe praktisch en waterdicht een schoen is. Al het andere is volstrekt nutteloos en draagt niet bij tot tot een makkelijkere keuze.
Onderdelen van een schoen
Een schoen bestaat eigenlijk maar uit twee grote delen, een bovenkant (EN: upper) en een zool.
■ Bovenkant of upper
Voor de bovenkant van een stevige wandelschoen werken fabrikanten bij de constructie vooral met leer. Volnerfleer (EN: full-grain leather) is het meest robuuste leer en is dus zeer duurzaam. Bovendien heeft het een degelijke waterbestendigheid. Je kan volnerfleer herkennen aan de gladheid, zoals bij nubuck. Er bestaat ook splitleer (EN: split-grain leather) beter bekend onder de namen velours of suède en herkenbaar aan het ruwere oppervlak, met kleine. Splitleer is veel minder duurzaam, maar heeft een beter ademend vermogen en is goedkoper dan volnerfleer.
Wandelaars die een veganistische optie verkiezen, kunnen hun gading vinden in schoenen gemaakt van synthetische stoffen, zoals synthetisch leer, nylon, mesh of polyester. Deze zijn over het algemeen veel lichter dan echte leren schoenen en drogen ook sneller. Ze zijn daarentegen weinig duurzaam, maar wel wat goedkoper dan leren schoenen. Schoenen met een "Vegan"-label zijn voor fabrikanten vooral een handig marketinginstrument.
De bovenkant krijgt, behalve een Gore-Tex-membraan aan de binnenzijde (zie verderop), ook nog een hydrofobe behandeling met een zogenaamde DWR, waarover later meer..
■ Zool
De zool van de schoen bestaat meestal uit vier delen: de inlegzool, de binnenzool, de middenzool en de buitenzool. De binnenzool zorgt voor de stijfheid van de schoen. De binnenzool is meestal uit kunststof gemaakt en kan redelijk dik zijn. Een stijve zool zorgt op oneven terrein met veel stenen voor beter wandelcomfort en is dus niet noodzakelijk een nadeel. De binnenzool is niet te verwarren met de inlegzool. Dat is de uitneembare zool die zorgt voor extra comfort. Je kan deze natuurlijk vervangen door op maat gemaakte inleg- of orthopedische zolen indien dat nodig zou zijn. Onder de binnenzool vind je de middenzool die als schokdemper fungeert. Middenzolen worden voornamelijk uit de plastieken polyurethaan (PU) of ethyleen-vinylacetaat (EVA) gemaakt. PU is rigider dan het zachtere EVA en dus veel duurzamer. (Meer over PU en EVA ietsje verderop.) Tot slot is er de buitenzool. Hiervoor wordt meestal (gevulkaniseerd) rubber gebruikt, al dan niet gemengd met koolstof voor een nog hardere zool.
Het monopolie op buitenzolen heeft Vibram, een Italiaans bedrijf. Bekende schoenenmerken zoals Lowa, Meindl, Hanwag, Scarpa en Merrell vertrouwen op het Italiaanse rubber en gebruiken dan ook het hele gamma Vibram-zolen, denk maar aan de Arctic Grip, Mont of XS Trek, in hun assortiment. Niet alle schoenenmerken hebben een Vibram-zool. Vaak gaat het dan om kleinere merken of huismerken van buitensportwinkels zoals Decathlon, die hun eigen zolen ontwikkelen. Maar ook bekende merken, zoals Salomon (Contagrip) of The North Face (Surface Control), ontwikkelen hun eigen zolen. Sommige merken hebben ook zolen die door Vibram gemaakt worden, maar onder een eigen naam verkocht worden. Denk maar aan de Meindl Multigrip.
Afhankelijk van het type schoen zit er ook nog een stootrand rond de schoen. Zeker voor bergschoenen is een degelijke stootrand, uit kunststof of rubber, belangrijk om de schoenen te beschermen tegen schade door stenen en rotsen.
Ik zou nog in detail kunnen gaan over andere technische details van een schoen, maar dat heeft geen directe impact op jouw koopkeuze en bijgevolg zal ik het daar niet over hebben.
Hydrolyse
De meeste wandelschoenen hebben een middenzool gemaakt in PU of EVA. Die laatste heeft als voordeel dat hij een veel zachtere demping geeft en dus is het wandelen erop - zeker in het begin - erg aangenaam. Naderhand verliest EVA evenwel een groot deel van zijn dempend vermogen om het materiaal gewoon samengedrukt blijft. In dat geval heeft PU de bovenhand. Het is over het algemeen minder dempend dan EVA, maar zal langere tijd dempend blijven en dat is dus op de lange termijn beter.
PU heeft echter één groot nadeel: namelijk dat het materiaal kan afbrokkelen door allerlei factoren. Dat heet hydrolyse. Dit proces kan op twee manieren plaatsvinden: er komt vochtigheid in de PU en/of de schoenen worden te lang niet gebruikt. Door hoge temperaturen en UV-straling kan de PU bovendien beginnen uitdrogen en poreus worden, wat de hydrolyse alleen maar versnelt.
Meestal merk je er niks van, totdat de buitenzool van je schoenen valt terwijl je in the middle of nowhere op trektocht bent. In dat geval helpt alleen een stevige tape om de zool tijdelijk vast te plakken tot je weer in de bewoonde wereld bent. De PU begint in het midden van de schoen af te takelen, dus als je het aan de buitenkant kan zien, dan zit je in een vergevorderde fase van de hydrolyse.
Zoals ik ook net schreef: wandelschoenen die niet voldoende gebruikt worden, kunnen te maken krijgen met hydrolyse. Daarom: gebruik de wandelschoenen waarvoor ze dienen en ga wandelen. Klinkt logisch, maar toch wil ik daar de nadruk op leggen. Het moet daarom niet elke dag zijn, maar de PU-middenzool van een schoen die twee jaar lang opgeborgen zit, zal sneller aftakelen dan die van een schoen die elke maand de buitenlucht ziet. Beweging zorgt er immers voor dat de PU 'soepel' blijft en dus niet gaat verharden.
Waterdichtheid
Om schoenen (en kledij) waterdicht te maken wordt er meestal een waterdicht membraan onder de buitenlaag toegevoegd. Eén van de meest bekende membranen is Gore-Tex. Zo zal een met Gore-Tex bewerkte schoen regendruppels buiten houden en de kleinere zweetmolecules doorlaten. Toch maakt Gore-Tex een schoen minder ademend waardoor je dus meer zal zweten bij warmer weer. Dus heb je tijdens een trektocht in warme omstandigheden ademende schoenen nodig.
Schoenen met Gore-Tex kan je aan verschillende dingen herkennen. Enerzijds hebben ze meestal een klein "Gore-Tex"-label aan de buitenkant van de schoen. Aan de binnenkant herken je ze door de grijze liner die het het membraan beschermt tegen vuiligheid en wrijving en waarop je heel vaag de merknaam kan lezen (zie foto hierboven).
De meeste schoenen hebben bij het verlaten van de fabriek ook nog een laagje DWR of Durable Water Repellent. Vrij vertaald is dat een duurzame waterafstotende laag. Deze moet ervoor zorgen dat regendruppels gewoon van je schoenen parelen. De “durable” in DWR is echter allesbehalve duurzaam. Om je schoenen volledig waterdicht te houden moet je ze dus regelmatig opnieuw inspuiten en/of waxen. Het afparelen van regendruppels zorgt ervoor dat de schoen min of meer ademend blijft. Als de upper immers nat wordt, zal de schoen veel minder kunnen ademenen. Beschouw de waterfilm als een extra barrière.
Bepaalde merken hebben hun eigen membraan, zoals Futurelight bij The North Face, Texapore bij Jack Wolfskin of Dry-Line bij Boréal.
Let op: een membraan in een schoen is, afhankelijk van welk soort schoen (o.a. door stevigheid van de zool), niet zo duurzaam dan bij bijvoorbeeld een jas. In een schoen is een kapot membraan moeilijk tot zelfs niet te repareren.
Schadelijk voor mens en milieu
Nog een belangrijke kanttekening betreffende Gore-Tex en DWR-sprays. Zo is Gore-Tex gemaakt van erg schadelijke PFCs, oftewel gepolyfluoreerde chemicaliën. Ook verschillende DWR-sprays kunnen PFCs bevatten. Zowel Gore-Tex als DWR-sprays worden op schoenen en kledij gebruikt.
Verschillende fabrikanten maken er, onder druk van de publieke opinie, intussen werk van om hun assortiment PFC-vrij te krijgen en alternatieve, onschadelijke, waterdichte membranen te produceren. Het Zweede outdoormerk Fjällräven was één van de eersten om het gebruik van PFC te bannen. Sinds 2019 is ook Jack Wolfskin’s assortiment PFC-vrij en merken als The North Face maken momenteel de transitie. Bij de DWR-coatings zijn Nikwax en NST vrij van PFC.
Gore, het bedrijf achter Gore-Tex, heeft zich ertoe verbonden om tegen 2023 zelf alle PFC uit zijn assortiment te halen. Reeds 85% van z’n koopwaar moest tegen eind 2020 zonder het schadelijke PFC op de markt zijn. Maar eind 2021 blijkt dat de firma vertraging heeft opgelopen en dus is dat cijfer van 85% PFC-free nog niet gehaald.
Categorieën
Wandelschoenen bestaan in alle vormen, maten en gewichten. Afhankelijk van het soort ondergrond en vooral de omgeving waarin je gaat wandelen kies je voor de ene of de andere schoen. De Duitse firma Meindl begon in de jaren ‘70 met het indelen van de schoenen volgens categorieën, afhankelijk van op welk soort terrein je de schoen wil gebruiken. Lang niet alle merken volgen deze indeling, maar het maakt de zoektocht naar de ideale schoen voor de wandelaar wel makkelijker. Onderstaande tabel is opgemaakt volgens Meindl’s categorisatie.
Er zijn ook D-schoenen, maar deze zijn helemaal niet geschikt voor wandeltochten, wel voor alpinisme en het bestijgen van hoge bergen, denk maar aan de Mont Blanc, Mount Everest en dergelijke. Ze kunnen tussen 750 en 2000 gram wegen en zijn ook niet gemaakt voor langdurig wandelcomfort. Ze bieden wel maximale bescherming tegen de lage temperaturen op die hoogten.
Bovenstaande tabel is een houvast, maar hoef je niet tot op de letter te volgen. Er zijn ervaren wandelaars die met een A of een A/B-schoen een trektocht door het hooggebergte maken. Het kan uiteraard, maar als beginnende wandelaar kies je best voor meer zekerheid en grip als je de bergen in trekt.
■ Klassieke wandelschoenen
De klassieke wandelschoen heb ik hierboven eigenlijk al uitvoerig behandeld. Op onderstaande afbeeldingen zie je voorbeelden van schoenen uit alle categorieën van A/B tot D. Echter alleen die tot B/C zijn het meest geschikt om te wandelen in normale omstandigheden. Vanaf categorie C ga je naar een zeer technische, eerder lompe schoen, goed voor alpiene avonturen.
■ Approachschoenen
Deze schoenen lijken op lage wandelschoenen (type A) met een A/B-, B- of zelfs B/C-zool, maar zien er meestal ook uit als een soort klimschoen. Oorspronkelijk ontworpen voor alpinisten en klimmers voor de aanlooproutes naar hun klim. Ze zijn veel comfortabeler dan de zware, lompe alpiene schoenen. De zolen van de approachschoenen hebben een optimale grip. Een vlak stukje zool aan de voorkant, ook wel de climbing zone genoemd, geeft ook de mogelijkheid om minder technische stukken te klimmen. Approachschoenen zijn wel comfortabel om mee te wandelen, maar weet dat de zolen snel kunnen slijten door hun hogere grip.
Bekende merken zijn: Scarpa, La Sportiva en Salewa
■ Trailrunners
Als we het over lichte schoenen hebben, dan mogen we ook de trailrunner niet vergeten. Deze lijken heel erg op sportschoenen of (afhankelijk van merk) op een zeer lichte A-wandelschoen. Ze zijn echter oorspronkelijk ontworpen voor traillopers, m.a.w. sportievelingen die zich al hardlopend over heuvel- of bergachtige paden voortbewegen, vaak in wedstrijdverband. Wat lopers kunnen, dat moeten wandelaars dus ook kunnen en dus kiezen meer en meer wandelaars voor trailrunners omdat deze gewoon veel lichter zijn en het dus minder vermoeiend is om je erin voort te bewegen. Trailrunners hebben een veel kortere levensduur dan een wandelschoen en zijn vaak niet herzoolbaar.
Bekende merken zijn: On Running, Inov-8 en La Sportiva
■ Sandalen
Wandelsandalen zijn een optie bij warm weer. Ze houden de voeten fris met een lage kans op blaren ze en geven een soort blotevoetenervaring. Net als voor wandelschoenen geldt dat ze voldoende schokdemping moeten geven om comfortabel te kunnen stappen. Enkele modellen hebben wat weg van een trailrunner en beschermen de tenen volledig. Andere zijn volledig open en bieden amper bescherming. Een rivieroversteek is vaak geen probleem, maar daar staat tegenover dat je bijna niet door struikgewas geraakt. Wandelen met zware rugzakken (> 10 kg) is eigenlijk uit den boze, tenzij voor geoefende sandalen- of minimalistische wandelaars. Eén van de bekendste merken voor wandelsandalen is Teva.
■ Minimalistisch schoeisel
Er kan lacherig over gedaan worden, maar minimalistische schoenen zijn aan een stevige opmars bezig. Bedoeling van deze schoenen is om je een zo natuurlijke wandel- of loopervaring te bezorgen met minimale bescherming. Immers, onze prehistorische voorvaderen deden alles zonder schoenen en waren fysiek in een betere conditie dan wij moderne mensen.
De meeste minimalistische schoenen hebben rare vormen, omdat ze een volledig platte zool (zero drop) en/of een brede voorkant (een 'wide toe box' of 'foot shaped toe box') hebben. De zolen zijn vaak flinterdun, waardoor je elk steentje of oneffenheid gaat voelen. Dat kan heel oncomfortabel lijken en dat is het voor beginnende minimalisten ook, maar je wordt het gewoon om opnieuw op een natuurlijke wijze - met kleinere stappen - en 'bewust' of 'aandachtig' (mindful, zo je wil) te wandelen. Door de vorm van de schoenen krijg je ook meer stabiliteit.
Eigenlijk kan bijna iedereen de overstap naar minimalistische schoenen maken. De leercurve en gewenningsperiode zijn echter voor elkeen verschillend. Het kan dus heel lang duren voor je je echt op je gemak voelt in deze schoenen. Je voeten en spieren moeten immers terug wennen aan een natuurlijke manier van stappen die hen jarenlang ontzegd werd. Het is dan ook zaak om beetje bij beetje met minimalistische schoenen te gaan wandelen en dus geleidelijk aan op te bouwen.
Ik draag zelf al sinds 2017 minimalistisch schoeisel in het dagelijkse leven en regelmatig tijdens een hike, meestal op korte afstanden onder de 25 kilometer.
Bekende merken zijn: Vibram, Vivobarefoot, Merrell, Xero en Skinners.
Hoge schacht vs. lage schacht
Ik hoor regelmatig mensen die hoge schoenen kopen omdat ze de enkel beter beschermen. Ergens klopt dat wel, maar we hebben te maken met een voorbeeld self-fulfilling prophecy. Door hoge schoenen te blijven gebruiken, zorg je er net voor dat je een ongetrainde of 'verzwakte' enkel in stand houdt. Vergelijk het met wanneer je een rugband draagt om je rug te ondersteunen. Door zoiets te gebruiken train je je rugspieren niet en kom je zonder band niet ver. Uiteraard wil dat niet zeggen dat sommigen dat niet zouden nodig hebben. De enige manier om de enkel te versterken is door regelmatig in lage schoenen te wandelen, blootsvoets of met minimalistische schoenen te stappen en/of specifieke oefeningen te doen. Geleidelijk aan kan je je aan langere afstanden wagen, mét rugzak, zonder dat je kwetsuren oploopt. Uiteraard is dat een lang proces en kiezen velen voor het gemak en dus toch voor een hoge schoen. Doe vooral dat wat voor jou goed aanvoelt.
Gewicht
Een vuistregel die vaak gehanteerd wordt is dat elke kilogram aan je voeten gelijk is aan vijf keer dat gewicht in je rugzak. Dit is nog een extra aandachtspunt bij je zoektocht naar de ideale schoen. In de categorieëntabel hoger in dit artikel zie je het gewicht vermeld waarnaar je je per categorie kan richten. Let wel, ik heb daarin het gewicht per schoen en niet per paar genoteerd. Maal twee doen dus!
Een schoen passen = proberen, proberen, proberen
Hier komt het echt op neer: zoveel en zo lang mogelijk testen. Het is weinig waarschijnlijk dat de eerste schoen die je aantrekt de juiste zal zijn. Daarom moet je in een buitensportwinkel alle schoenen passen die in aanmerkingen komen voor het soort wandelingen dat jij gaat ondernemen. Je hebt een wandelschoen niet op twee minuten getest. Neem ruim de tijd!
Best is om schoenen laat op de dag te proberen, wanneer de voeten wat gezwollen staan door je activiteiten doorheen de dag. Ook tijdens het wandelen zullen je voeten uitzetten, dus zo kies je al zeker geen te kleine schoenen. Vergeet ook niet de kousen die je zal aandoen tijdens je wandeling mee te brengen naar de winkel. Sommige winkels bieden zelf kousen aan.
De bedoeling is dat de schoen niet knelt, noch te los zit. De enkel moet er stevig in zitten, zonder te schuiven. Wanneer je de schoen hebt toegeknoopt mag je al niet met je tenen tegen de tip van de schoen komen, ook bij het bergaf gaan. Om te weten of de schoenmaat min of meer goed is, helpt het om eerst de binnenzool uit de schoen te halen en de voet er dan op te plaatsen met de hiel mooi achterin. Als je dan nog ongeveer een duimbreedte over hebt bij jouw tenen, zit je al deels goed. In sommige winkels kan je testen of je voet goed in de schoen zit op een helling die ze speciaal daarvoor ter beschikking stellen. Heeft de winkel geen helling, dan kan je dat testen door je voorste voet opzettelijk tegen de vloer te duwen, alsof je heel bruusk moet remmen. Raken je tenen de tip moet je een grotere maat proberen. Voel je je voet schuiven, dan probeer eerst een andere vetertechniek om dan eventueel een kleinere maat te proberen.
Sommige merken verkopen schoenen met de vermelding S (“slim”) of W (“wide”). Dit zijn schoenen voor smallere of bredere voeten en zijn ook het proberen waard. Anderen houden dan weer rekening met een Hallux Valgus ("Bunion").
Wandel zoveel mogelijk met beide schoenen door de winkel zodat je zeker weet dat je de juiste schoenen hebt gevonden. Net zoals geen enkele voet dezelfde is, is ook geen enkele schoen dezelfde. De linkerschoen kan knellen, terwijl de rechterschoen goed zit. Loop aan verschillende tempo’s, rem bruusk, ga over de helling indien beschikbaar. Nadat ze je gekocht hebt in de winkel, doe je er goed aan ze nog binnenshuis te testen. Als blijkt dat er toch nog iets verkeerd zit, kan je ze terugbrengen naar de winkel. Let wel op dat je ze niet buiten hebt aangedaan, want dan nemen winkels ze niet meer terug.
Ga niet naar de winkel net voor sluitingstijd en - ik herhaal - neem ruim de tijd! Dus zorg dat je de volgende uren niets gepland hebt. Als de winkel onvoldoende keuze heeft - wat op dit moment door de vele productieproblemen door corona zeker het geval is - kom dan op een later tijdstip nog eens terug. Wacht dan ook niet tot een week voor je vertrek om een eerste keer naar de winkel te gaan, want de kans is dan groot dat je door tijdsdruk eender wat koopt. Trektochten en dergelijke plan je liefst al maanden op voorhand en bijgevolg ga je dan ook al meteen op zoek naar het materiaal dat je nodig hebt.
Hou er ook rekening mee dat jij de enige bent die kan bepalen of de schoen voor jou goed zit, of niet. Heb je een paar schoenen gekocht dat uiteindelijk toch niet ideaal blijkt na vijf kilometer, dan kan de winkel daar zeer weinig aan doen. Wees dus zeker van je aankoop.
De juiste schoenmaat
Staar je niet blind op conversietabellen van schoenmaten. Die zijn jammer genoeg per fabrikant verschillend en bijgevolg eigenlijk nutteloos, zoals de tabel hieronder bewijst. Anderzijds kan een schoen in maat 42 van bijvoorbeeld Scarpa of La Sportiva veel kleiner aanvoelen dan een maat 42 bij een Duits merk zoals Lowa of Meindl. Echter, eens je jouw maat gevonden hebt bij een bepaald merk, kan je de volgende jaren van dat merk schoenen met dezelfde maat blijven kopen vermits de fabrikanten normaliter met een vaste mal werken waarrond de schoen gebouwd wordt. Ookal ken je je maat bij een merk: probeer de schoenen steeds aan voor je ze koopt.
Nieuwe schoenen inlopen
Nieuwe schoenen moesten vroeger bijna altijd ingelopen worden als je onderweg geen problemen wilde krijgen met pijnlijke voeten of blaren. Nu kan dat voor sommige modellen nog gebeuren. Zeker de zwaardere leren exemplaren hebben tijd nodig. De gebruikte materialen moeten een beetje beweeglijker worden zodat de schoen zich kan aanpassen aan jouw voet. Je kan schoenen inlopen elke keer je naar de supermarkt stapt, of thuis een ommetje maken. Je kan de afstand steeds een beetje vergroten tot je voelt dat de schoenen goed aanvoelen. Een nieuwe schoen op een trektocht inwandelen kan dus ook, maar nogmaals, het hangt van schoen tot schoen af hoe snel je er lange afstanden mee kan doen.
Ondervind je problemen tijdens het inlopen, probeer dan eerst eens een andere veterknooptechniek. Als dat geen soelaas biedt, ga dan in je buitensportzaak of met de fabrikant na of er aanpassingen gedaan kunnen worden aan de schoen. Zo kan een leren schoen verbreedt worden of soepeler gemaakt worden indien deze toch te smal zou blijken voor jouw voeten. Wandel.nl heeft een interessant artikel gepubliceerd over verschillende veterknooptechnieken. Het artikel kan je hier terugvinden.
Schoenen laten herzolen
Sommige schoenen kunnen herzoold worden. Vooral leren schoeisel van o.m. Meindl, Scarpa, La Sportiva, Hanwag en Lowa kan van een nieuwe zool voorzien worden. Afhankelijk van het model kan dat tussen 80 en 160€ kosten. Dat blijkt meestal een goedkopere optie voor schoenen waarvan de upper nog in zeer goede staat is en het is nog goed voor het milieu ook.
Mijn ervaringen
Ik herinner me nog heel goed hoe ik mijn eerste wandelschoen ooit kocht bij Decathlon. Het was er eentje van hun goedkope huismerk Quechua. Op zich is er niks mis met goedkoop, alleen liet de kwaliteit van deze schoen te wensen over. Hoewel hij geadverteerd stond als waterdicht (niet waterafstotend), was die bij het eerste gebruik zo lek als een zeef en na de eerste regenbui waren mijn voeten doordrenkt. Ook voelden de schoenen niet 100% goed aan na enkele kilometers. Het directe gevolg van beide was dat mijn voeten vol blaren stonden. En wandelen met blaren is een allesbehalve prettige ervaring.
Ik dacht dat het aan mijn gebrek aan wandelkilometers lag en het al dan niet hebben van “harde” voeten. Ik begon tenen en voeten af te plakken met allerlei sporttapes. Achteraf bekeken bleek dat allemaal niet nodig en dat met die "harde voeten" een beetje onzin (ik heb nog steeds erg zachte voeten en toch bijna nooit meer blaren). Mijn schoen- en sokkenkeuze was fout. Ik wist ook niet wat ik moest kopen en besteedde er weinig aandacht aan. Ik had geen flauw benul van de verschillende materialen waarin een schoen gemaakt is, de voor- en nadelen van elk. Dus kocht ik eender wat. Ik ging me daarna wat verdiepen in de wereld van de wandelschoenen en de volgende schoen die ik probeerde was een Meindl Vakuum GTX en die zat als gegoten en ik ik kreeg nog zelden een blaar! Mijn volgende model van Meindl, de Air Revolution 4.1, gaf me eveneens weinig problemen.
Om aan te tonen dat positieve reviews geen basis mogen zijn voor je eigen keuze bewijst mijn aankoop van een nieuw paar schoenen in 2020. Ik was op zoek naar een lichter paar en kwam uit bij de veelgeprezen Salomon X Ultra 3 Mid GTX. Pas mijn vierde wandelschoen ooit, vermits ik in het verleden ook steeds schoenen liet herzolen i.p.v nieuwe te kopen. Eerlijk gezegd stelde de X Ultra 3 me teleur. Niet alleen kreeg ik weer blaren, maar begon de bovenkant na amper 300 kilometer barsten te vertonen. Na 500 kilometer was de schoen al onherstelbaar kapot en dat terwijl de zool nog perfect in orde was.
Momenteel wandel ik met Vibram Five Fingers V-Alpha (barefoot), Scarpa Mescalito (approach), Scarpa Mojito (approach) en Hanwag Tatra II GTX Wide (hoge B/C-wandelschoen).